6
april 2013 begon met opstaan om 6 uur.
De toertocht Veenendaal-Veenendaal stond op het programma. De avond ervoor had
ik alles klaargelegd. Met het nog steeds koude lenteweer is dat net wat meer
nadenken dan bij warmer weer. De weersvoorspellingen waren goed: van 4 tot 8 graden,
windkracht 3 uit noord-oost, droog en in de middag zon. Grappig hoe je in
tijden van armoede sneller tevreden bent.
De
dag had op meerdere gebieden iets spannendst in zich:
*
Veenendaal-Veenendaal is een tocht van 135 km (althans die keuze was al gemaakt, 105 km kon ook)
met 1000 hoogtemeters, verdeeld over 16 hellingen.
*
Het was alweer een hele tijd geleden dat ik 135 km ging fietsen in
toertochtformaat.
*
Van het groepje waarmee ik had afgesproken, had ik alleen bij Niekol beeld qua
fietsprestaties en dat was alleen van wat ik gezien had tijdens spinningles en
van berichten van prestaties van haar via Facebook. Wouter kende ik niet.
Het
had dus van alles in zich om een mooie dag te worden.
Om 7 uur vertrokken wij vanuit Son. We wilden de drukte voor zijn. Even
voor achten kwamen we in Veenendaal aan. Het was al behoorlijk druk. Toch waren
we rond 8.15 uur onderweg naar wat ons werd voorgeschoteld. Direct vanaf het
begin sloot ene Jos aan, een bekende van Niekol en Wouter. Jos is oud-amateur
en naar later bleek kon hij goed temporijden. Na 10 minuten riep ik tegen
Niekol dat we snelheden van onder de 30 km/uur nu definitief gingen verlaten,
op het vlakke wel te verstaan. De teller liep langzaam op naar snelheden
richting 34-35 km/uur. Met de wind schuin van voren is het dan meteen vol aan
de bak.
Nu
was mijn plan om op behoud te rijden, maar met deze snelheden zat dat er niet
in. Mijn verzoek om een tandje terug te nemen werd mij door iedereen in dank
afgenomen. Op een of andere manier had het eerste uur wel al zijn tol geëist,
de eerste hellingen hadden we reeds genomen. Het was koud en mijn lichaam kwam
er niet lekker in. En eten onderweg is met dikke winterschoenen niet makkelijk
zeker als het ook nog hard gaat. Met de hulp van Niekol heb ik onderweg toch
nog een banaan kunnen eten. Bij de eerste pauze op 55 km heb ik flink gegeten
om mijn energie aan te vullen.
Het
beeld dat we nog 80 km voor de boeg hadden, stemde me niet echt gelukkig. Zeker
niet toen we na de pauze weer op de fiets stapten en ik het echt superkoud had.
Blijkbaar heeft het eten mij goed gedaan want na een kwartier had ik het weer
lekker warm, de zon probeerde al eens door te breken, en merkte ik dat het
lekker begon te lopen. Vanaf dat moment durfde ik ook meer en pakte ik de
hellingen soepel. De kilometers vlogen onder de wielen vandaan tegen
snelheden van ruim over de 35 km / uur, soms zelf tegen de 40. Nu hadden we
intussen wel de wind schuin in de rug en dat helpt natuurlijk wel mee dan.
Foto genomen op de Italiaanse weg
Het
stuk van 30 kilometer dat ons extra werd voorgeschoteld ten opzichte van de 105
km toertocht bevond zich rond de Posbank. Ik was daar niet eerder geweest en
kan het sinds vandaag iedere fietser aanraden. Mooi glooiend terrein met
stukken van soms wel 10 procent omhoog op werkelijk fantastisch lopend asfalt.
De zon had overigens zijn intrede volledig gemaakt en dat maakt de omgeving en
omstandigheden meteen heel vriendelijk. Ik had de Posbank zelf al eens
ingevoerd in en gefietst op de Tacx en daar viel hij me vies tegen. Sinds
vandaag heb ik er mooie herinneringen aan.
De
dag heeft mij alles, zelfs meer dan verwacht, gebracht van wat ik gehoopt had. Een
mooie, uitdagende tocht in lekker winterweertje met een leuke groep van
wielerliefhebbers die alle drie van wanten weten. De 135 kilometer met 1055
hoogtemeters hebben we in 4 uur 56 afgelegd, een royale 27 km per uur
gemiddeld. Een hele prestatie zo vroeg in het seizoen: Applaus voor onszelf. Al met al was het een
belevenis die voor herhaling vatbaar is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten